Revisie: 30-01-2016 10:40 uur.
Annieke Kranenberg, ombudsvrouw van de Volkskrant, vroeg zich in haar column van 14 januari 2017 (‘Heeft de krant ook een ‘zorgplicht’ op Facebook?”) af of de krant ook verantwoordelijk is voor de reacties op artikelen die haar krant op Facebook heeft geplaatst. Er was namelijke harde kritiek geuit op de kop ‘IS richt zijn pijlen op Istanbul, gesteund door Erdogans conservatieve koers.’ die de Volkskrant had geplaatst boven ‘een mooi, genuanceerd stuk’ waarin Erdal Balci over de exodus van seculiere Turken uit Istanbul had geschreven:
“De Turken die vertrekken voelen zich al langer niet meer thuis in het Turkije van Erdogan. Daar is vorig jaar een bedreiging bij gekomen. IS valt de grootste Turkse stad sindsdien met angstaanjagende regelmaat aan. De seculiere Turken zijn daarbij duidelijk het doelwit, de aanslag op de nachtclub Reina van vorig weekend is daarvan het laatste bewijs. De metropool is Turkijes levenslijn met het Westen. Nadat Erdogans succes al een exodus op gang bracht onder seculieren, komt Islamitische Staat ook de laatsten van hen verdrijven.”
Mensen die het artikel wél lazen, hadden volgens de ombudsvrouw kunnen begrijpen dat die ‘steun’ niet letterlijk moest worden opgevat. Je vraagt je dan af of de koppenschrijver het artikel had gelezen of dat die misschien – zoals wel vaker gebeurt – een eigen agenda had waarin die misleidende kop uitstekend paste. Het kan echter ook zijn dat hem – net als die kritische reageerders – de strekking van Erdal Balci’s verhaal door alle nuanceringen was ontgaan. Daarin stonden immers dingen in als:
“Betere omstandigheden voor een aanval op Istanbul kon IS zich waarschijnlijk niet wensen. Veruit de meeste aanhangers van Erdogans partij, de AKP, hebben weliswaar een afkeer van IS, dat Turkse militairen doodt in Syrië, maar het spant erom hoe groot het aandeel is van geradicaliseerde AKP’ers. [..] Kweekvijver voor het nihilisme van IS is paradoxaal genoeg de AKP zelf.Een van de regeringsgezinde kranten kopte op de voorpagina: vier geen Oud en Nieuw, dit is de laatste waarschuwing. De aanval op de nachtclub komt dus in een tijd waarin de grens tussen een deel van de AKP-aanhang en IS flinterdun is.”
Naar aanleiding van alle negatieve reacties vraagt VK’s ombudsvrouw zich af hoe de redactie zich op een extern onlineplatform (‘buiten haar oevers’) dient te gedragen. Is de krant verantwoordelijk voor de inhoud van reacties op artikelen die de krant zelf op Facebook heeft geplaatst om nieuwe lezers aan te trekken? (De ombudsvrouw noemt dit een ‘zorgplicht’.) De redactie van de Volkskrant ontwijkt deze terugkerende vraag al vele jaren op allerlei manieren.
Zo is nog steeds geen bevredigend antwoord geformuleerd op de vraag of reacties op het internet op dezelfde manier mogen cq moeten worden behandeld als ingezonden brieven in de ‘papieren krant’. Ik vind van niet. De ruimte in de papieren krant is immers zeer beperkt terwijl op een website de leesbaarheid de enige beperkende factor is: Niemand kan nog een discussie van honderden reacties volgen.
De rubriek van ingezonden brieven wordt nog steeds (m.i. ten onrechte) als een onderdeel van het ‘journalistieke product’ van de krant beschouwd, waardoor de redactie zich meer vrijheid kan veroorloven om brieven te weigeren, te redigeren en in te korten. Dit voorbehoud wordt steeds uitdrukkelijk gemaakt, zodat iedereen weet waar hij/zij aan toe is: Men is overgeleverd aan de willekeur van de redactie.
Voor reactieruimten gelden echter vrijwel overal gebruiksvoorwaarden die suggereren dat iedereen er welkom is om te lezen, te reageren en deel te nemen aan discussies. Op die manier kregen die fora de status van openbare ruimten voor publiek debat. Dat gaat de meeste redacties echter te ver. Zij maken echter niet duidelijk hoe vrij reageerders en discussieerders zijn in het uiten van hun opvattingen, meningen en standpunten.Het resultaat is dat zij in feite nog meer overgeleverd zijn aan de willekeur van anonieme redacteuren en moderatoren, omdat die zich zelfs niet blijken te hoeven houden aan de gebruiksvoorwaarden.
De situatie waarover de VK ombudsvrouw Annieke Kranenberg in haar column schreef, is nóg ingewikkelder: De Volkskrant had namelijk een link naar Erdal Balci’s artikel (met die omstreden kop) op Facebook geplaatst. De reacties en de discussie stonden dus niet op de eigen website van de krant, maar op Facebook. Daar gelden weer andere gebruiksvoorwaarden en een andere manier van modereren dan die van het bedrijf waaraan de krant die taak heeft uitbesteed. Ombudsvrouw Kranenberg schrijft hierover:
[vette tekst van mij; rvw]
‘Reacties worden gemonitord en zo nodig ‘verborgen’. In het geval van discriminatie of haatzaaien wordt een gebruiker geblokkeerd. Het monitoren gebeurt wel minder streng dan op de eigen site waar alleen gereageerd kan worden opiniestukken. Daar is het modereren uitbesteed aan een bureau dat strikt de huisregels hanteert *): wees beleefd, beargumenteer, zeg iets nieuws, niet op de man spelen, discrimineer niet, etc.
Op Facebook, waar redacteuren zelf modereren, zouden gebruikers zo’n strikte toets mogelijk uitleggen als censuur. Het hele idee van Facebook is dat gebruikers de inhoud genereren. In het ideale geval leidt dit tot constructieve discussies en sprankelende ideeën. De werkelijkheid is meestal anders, weet Jan van Dijk, hoogleraar nieuwe media aan de Universiteit Twente. ‘Online voelt niemand zich verantwoordelijk voor het geheel. Er is nauwelijks discussie, vooral individuele expressie.’
Er is nog een reden dat heftige reacties soms blijven staan: één redacteur is verantwoordelijk voor alle sociale media-uitingen (Facebook, Twitter, Instagram) en het modereren van alle reacties (oplopend tot meer dan honderd per artikel). Eén persoon kan onmogelijk alles nalezen. ‘Bepaalde onderwerpen – zoals vluchtelingen of moslims – houd ik wel extra goed in de gaten’, zegt een redacteur. ‘Deze werken als een rode lap.’
Niet aanwezig zijn op Facebook is echter geen optie. Om te kunnen blijven bestaan zal de krant jonge lezers moeten blijven aantrekken. Zij bevinden zich vooral op sociale media. Om een indruk te geven: de laatste vijf maanden van 2016 zagen Facebookers 400 miljoen keer een Volkskrant-stuk in hun tijdlijn voorbij komen. Zo’n 15 procent van de bezoekers van de site komt via dit platform. Dit leidt tot bekendheid met de krant en tot proefabonnementen.
Niettemin tekent het spanningsveld zich duidelijk af. De redactie hoopt met genuanceerde en diepgravende artikelen Facebookers voor de krant te interesseren. Maar wat als de koppen de indruk wekken dat de redactie uit is op clickbait (met sensationele woorden lezers lokken)? Wat als onbeschofte reacties negatief afstralen op de krant? Wat als – en dat is misschien het meest verontrustend – zulke reacties onze interpretatie van een artikel beïnvloeden, zoals een experiment in de Journal of Computer-Mediated Communication laat zien.‘
Bron: Annieke Kranenberg, ombudsvrouw van de Volkskrant,‘Heeft de krant ook een ‘zorgplicht’ op Facebook?’, de Volkskrant, 14 januari 2017.
*)
Op die ‘strikte naleving’ van de huisregels valt wel iets af te dingen. Hoewel ik mijzelf door alle slechte ervaringen had afgeleerd om op een opiniestuk in de Volkskrant te reageren, schreef ik zaterdag 14 januari om 18:08 uur in de daarvoor bedoelde ruimte op de website van de krant:
‘Een negatieve reactie is geen bewijs dat de reageerder het artikel niet heeft gelezen en kan wel degelijk inhoudelijk en beargumenteerd zijn. VK is te bang voor kritiek. Het is terecht dat reacties worden geweigerd die off-topic, discriminerend, bedreigend, haatzaaiend of anderszins in strijd zijn met regels van wet, fatsoen en gebruiksvoorwaarden , maar in de praktijk gebeurt dat ook ogv onwelgevalligheid.*) Dat is in strijd met waarden, normen en regels van een democratische rechtsstaat. Anonieme moderatoren leggen geen verantwoording af. Idem dito.
*) Zie: http://wp.me/p1mUd8-1ERt ‘
Deze reactie werd voorlopig (en alleen voor mij zichtbaar) geplaatst, maar daarna verwijderd.
Zó ken ik de Volkskrant. Voor alle zekerheid heb ik een afschrift van mijn reactie naar de ombudsvrouw gestuurd geschreven, in de hoop dat zij ook zou vinden dat de weigering ervan niet in overeenstemming was met de huisregels. Ik voegde daaraan toe:
‘De hoofdredacteur en u schrijven samen iedere zaterdag een hele pagina vol, maar lezers krijgen slechts 160 tekens ruimte voor hun inhoudelijke en beargumenteerd reactie die ook nog eens niet al te negatief mag zijn.. Nu de Volkskrant artikelen op Facebook publiceert, vraag ik mij alweer af waarom het VK Weblog destijds toch zo nodig moest worden opgeheven en verdonkeremaand (in strijd met de auteursrechten van de bloggers). Het speelveld tussen journalistiek en burgers ligt niet gelijk.’
Geen reactie.. Er lijkt dus in al die jaren niets te zijn veranderd. In de tijd dat ik nog regelmatig reageerde op opiniestukken (= meningsuitingen) in de Volkskrant, deed ik dat ook op het hoofdredactioneel commentaar ‘Mensenrechten, ook voor Zimbabwanen?‘van 10 december 2008 (de Dag van de Mensenrechten) Daarin stond o.a.:
“Op tal van plekken in de wereld zullen vandaag verheven woorden worden gesproken over de mensenrechten. Het is immers precies zestig jaar geleden dat door de lidstaten van de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens werd aangenomen.
Menig spreker zal dit memorabele besluit omschrijven als een unieke triomf voor de menselijke beschaving. Er zal ongetwijfeld in overweging worden gegeven dat de mensheid zich moet blijven inspannen voor ‘de komst van een wereld waarin de mensen vrijheid van meningsuiting en geloof zullen genieten en vrij zullen zijn van vrees en gebrek’, zoals de preambule van de Verklaring van 10 december 1948 verkondigt.
Helaas zullen al die verheven woorden soms ietwat schril klinken. Niet omdat in grote delen van de wereld de eerbied voor de ‘inherente waardigheid en onvervreemdbare rechten van de mens’ – nog zo’n fraaie frase uit de preambule – nog altijd ver is te zoeken.
Niemand kan in ernst verwachten dat conflicten en tegengestelde belangen zich zo eenvoudig laten elimineren, dat uiteenlopende interpretaties over het primaat van diverse mensenrechten zo gemakkelijk zijn te overbruggen. Het menselijk tekort laat zich nu eenmaal niet opheffen met een sonore beginselverklaring. [..]”
In de voor reacties en discussie bestemde openbare ruimte onder het Commentaar op de website van de Volkskrant schreef ik op 10-12-2008 13:01 de volgende reactie:
“De Volkskrant leest een ver Afrikaans land de les omtrent de ‘onvervreemdbare rechten van de mens’ zoals de vrijheid van meningsuiting. Ondertussen heeft deze krant zelf er geen enkele moeite mee om kritische reacties van lezers te verwijderen uit reactie- en discussieruimten op haar website. De Raad voor de Journalistiek heeft bevestigd dat zij dit mag als de inhoud van lezersbijdragen de dienstdoende internetredacteur niet bevalt.
Deze uitspraak werd destijds ‘met tevredenheid’ door de redactie begroet, schreef de Ombudsman van de Volkskrant.
Volgens de Volkskrant zijn deze reactie- en discussieruimten namelijk geen publiek domein voor het maatschappelijk en politiek debat. De RvdJ is het daarmee eens. Dit betekent dus dat burgers hier géén vrijheid van meningsuiting hebben. Het lijkt Zimbabwe wel.
De commentaarschrijver heeft helemaal gelijk als hij schrijft dat de mensheid zich moet blijven inspannen voor ‘de komst van een wereld waarin de mensen vrijheid van meningsuiting en geloof zullen genieten en vrij zullen zijn van vrees en gebrek’, zoals de preambule van de Verklaring van 10 december 1948 verkondigt. Die heilige plicht moet echter niet alleen in Zimbabwe worden vervuld,maar ook hier op deze website van een Nederlandse krant.”
Als door een wesp gestoken reageerde de opinieredactie nog op dezelfde dag met de mededeling dat ik voortaan niet meer op opiniestukken mocht reageren:
Geachte heer Van Waning,
Helaas hebben wij moeten besluiten u de mogelijkheid te ontnemen nog langer op het hoofdredactioneel commentaar te reageren. Uw reactie op het commentaar over Zimbabwe in de Volkskrant van 10 december is bovendien van de site verwijderd.
Reacties zijn welkom, mits zij betrekking hebben op het betreffende commentaar (en overigens binnen de daarvoor geldende spelregels blijven).
Ogenschijnlijk voldoet u aan deze voorwaarden door de situatie in Zimbabwe te vergelijken met het beleid van de Volkskrant. Naar onze mening toont uw reactie eerder aan dat u – niet voor het eerst – de verhoudingen volkomen uit het oog verliest. Uw mening over de Volkskrant is bovendien genoegzaam bekend, daar u nogal eens in herhaling vervalt.
De Volkskrant deugt niet: wij hebben inmiddels met dit oordeel leren leven.
Met vriendelijke groet,
Willem de Bruin
redactie de Volkskrant
Ik heb hier als volgt op geantwoord:
‘Geachte heer De Bruin,
Dat Volkskrant inderdaad in een aantal opzichten niet deugt, is niet uw probleem. Daarom kost het u ook geen moeite om daarmee te leven. Als maatschappelijk betrokken burger heb ik het er wel moeilijk mee. U heeft mij nu mijn enige mogelijkheid ontnomen om daar iets aan te doen.
Mensenrechten, vrijheid van meningsuiting, burgerschap, publiek debat, kritiek. Allemaal heel vervelend voor de ivoren-toren-journalistiek, maar toch zult u dáármee wel moeten zien te leven.
Betekent dit dat u mij nu permanent verbannen heeft? Zonder waarschuwing, zonder deugdelijke motivatie, zonder mogelijkheid van verweer? Toe maar. Dat gaat wel ver.
Leest u het Commentaar van vandaag (10/12, Mensenrechten, ook voor Zimbabwanen?’) nog eens goed, en bezin u.
Vriendelijke groet,
Robert van Waning,’
Ook op 6 februari 2008 had de opinieredactie van de Volkskrant mijn reactie op het commentaar van die dag (‘Oude taferelen in het nieuwe Afrika’) zomaar verwijderd. Omdat ik die willekeur zat was, heb ik toen een klacht ingediend bij de Raad voor de Journalistiek. Die bevestigde echter het feodale recht van iedere krantenredactie om onwelgevallige commentaren van lezers zonder opgave van reden te weigeren of te verwijderen, omdat dat nu eenmaal tot de redactionele vrijheid zou vallen:.
‘De klacht heeft betrekking op het zonder waarschuwing verwijderen van de reactie van klager van de op de website van verweerder geboden ruimte voor redactioneel commentaar. [..]
‘De Raad stelt voorop dat de redactie verantwoordelijk is voor de inhoud van ingezonden brieven en van reacties die worden geplaatst op de website van het betrokken medium. Het verdient daarbij de voorkeur dat de redactie de voorwaarden voor de selectie en plaatsing van reacties publiceert. Het staat de redactie echter vrij om ingezonden brieven en andere reacties niet te plaatsen, tenzij plaatsing is geboden vanwege bijzondere omstandigheden. (zie punten 5.1. en 5.2. van de Leidraad van de Raad voor de Journalistiek)
‘Zowel het artikel als klagers commentaar daarop zijn gepubliceerd op de website van verweerder. Net zoals het geval is bij de papieren krant is de redactie te allen tijde verantwoordelijk voor en aanspreekbaar op de inhoud van dit digitale publiciteitsmedium.Van een publiek domein, waar verweerder geen spelregels voor zou kunnen opstellen, is naar het oordeel van de Raad geen sprake.
‘Gezien het voorgaande is de Raad van oordeel dat de geplaatste reactie vergelijkbaar is met een ingezonden brief. Zoals het de redactie vrij staat een ingezonden brief niet te plaatsen in haar papieren krant, kan zij tevens een op de website verschenen lezersreactie verwijderen. Dat in dit geval toetsing pas achteraf, na plaatsing, plaatsvindt, acht de Raad passend gezien de aard van het medium internet.
‘Van de redactie kan immers niet worden verwacht dat zij alle reacties vooraf controleert. (zie punt 5.4. van de Leidraad) Ten behoeve van het plaatsen van reacties heeft verweerder een aantal spelregels geformuleerd. Deze spelregels formuleren grenzen waarbinnen de reacties in elk geval dienen te blijven en zijn niet limitatief van aard.
‘Er kunnen — gelet op de verantwoordelijkheid van de redactie voor de inhoud — dan ook andere redenen zijn op basis waarvan zij kan besluiten tot verwijdering van een reactie. Gelet op de vrijheid van de redactie om reacties al dan niet te plaatsen, dient de Raad het beleid van een redactie ter zake marginaal te toetsen. (vgl. onder meer: RvdJ 2006/67)
‘Het is dan ook niet aan de Raad om te oordelen of het betitelen van een journalist als ‘lobbyist’ dusdanig schadelijk is voor diens belangen dan wel voor die journalist zo beledigend is, dat verwijdering van klagers reactie daarmee gerechtvaardigd is.
‘De Raad moet beoordelen of de redactie tot het besluit mocht komen om de reactie van klager van de website te verwijderen. Dat een ander besluit ook mogelijk zou zijn geweest — en wellicht meer passend, zie de uitlatingen van de aan de Volkskrant verbonden ombudsman — is daarbij niet van belang.Op grond van bovenstaande overwegingen acht de Raad het besluit van verweerder om de reactie van klager te verwijderen niet onaanvaardbaar.
‘Naar het oordeel van de Raad bestaat geen grond voor de conclusie dat verweerder grenzen heeft overschreden van hetgeen gelet op de eisen van journalistieke verantwoordelijkheid — maatschappelijk aanvaardbaar is, door de reactie van klager te verwijderen zonder klager daarover te informeren.’
Bron: Beslissing van de Raad voor de Journalistiek inzake de klacht van R.C. van Waning tegen de hoofdredacteur van de Volkskrant, RvdJ 2008/38 dd 11-08-2008.
Het standpunt van de Raad voor de Journalistiek en van de Volkskrantredactie dat reactie- en discussieruimten géén publiek domein zijn voor het maatschappelijk en politiek debat. betekent dat burgers daar géén vrijheid van meningsuiting hebben.
Dit roept allerlei vragen op, zoals:
– Als dit hier geen publiek debat is, wat is het dan wel? Een applausmachine voor de redactie van de Volkskrant?
– Als het publieke debat niet plaatsvindt in discussieruimten van de landelijke journalistieke media, waar dan wel?!
– Wat hebben burgers aan het recht op vrije meningsuiting als zij in de praktijk niet over de middelen en mogelijkheden kunnen en mogen beschikken om dat recht onbelemmerd en ongecensureerd uit te oefenen?
Thom Meens, destijds Ombudsman van de Volkskrant, was het niet eens met de Raad voor de Journalistiek, en ook niet met zijn (hoofd)redactie. De uitspraak zou volgens hem zelfs een gifpil kunnen zijn, want de redactie kan de haar door de raad en haar zelf opgelegde verantwoordelijkheid voor de website niet nemen.
‘Op de redactie is deze uitspraak met tevredenheid begroet, niet omdat het leuker is gelijk te krijgen dan ongelijk, maar omdat het een principiële uitspraak is: de website van de krant is geen publiek domein. Ik vraag me af of de redactie niet is blij gemaakt met een dode mus, of zelfs een gifpil. Want hoe is deze uitspraak te rijmen met de spelregels van de website? Daarin staat onder meer de volgende passage:
‘De Volkskrant sluit iedere aansprakelijkheid voor enige door u of derden op het Volkskrantblog of op een andere Volkskrant- website geplaatste content uit. De gebruiker is aansprakelijk en vrijwaart de Volkskrant B.V. en aan haar gelieerde vennootschappen voor enige aanspraken van derden en voor daarmee samenhangende schade en kosten die verband houden met de door u op het Volkskrantblog of op een andere Volkskrant-website geplaatste content.’
Natuurlijk, juridisch gezien is aansprakelijkheid iets anders dan verantwoordelijkheid, maar het gaat er bij mij niet in dat je wel verantwoordelijk kunt zijn voor iets wat onder jouw vlag gebeurt, maar niet aansprakelijk voor de gevolgen. Het lijkt op een automobilist die toegeeft dat hij verantwoordelijk is voor het besturen van de auto, maar die niet thuis geeft als hij een botsing heeft veroorzaakt.
Terug naar de raad.
Is de website van de krant geen publiek domein, zoals de raad stelt? De redactie vindt met de raad van niet. Maar zelfs als dat niet zo is, dan nog is het verschil marginaal, zo niet verwaarloosbaar, door de praktijk op de website. Iedereen kan op alles reageren. Registratie wordt aangemoedigd, maar is niet verplicht. Waarom eigenlijk niet? Zelfs GeenStijl verlangt dat bij reacties. Nu mag alles, anoniem of onder pseudoniem, controle vooraf is er niet en controle achteraf heeft ook maar mondjesmaat plaats, al was het alleen maar omdat het fysiek onmogelijk is alles te lezen wat op de website wordt geplaatst. [..]
Niet voor niets heeft de redactie de mogelijkheid ingesteld dat derden kunnen waarschuwen als er ‘foute’ content op de site verschijnt. Zo bezien is er veel voor te zeggen dat de website wel degelijk publiek domein is, of zou moeten zijn. De site staat open voor alles en iedereen. Het enige verschil met een echt publiek domein is dat er achteraf alsnog kan worden ingegrepen.Als de redactie dat anders ziet, en dat doet ze, moet ze volgens mij ook de consequenties daarvan accepteren en veel strikter dan tot nu toe controleren wat er op de site gebeurt. Wat is er op tegen om wel vooraf te modereren? Of, als dat fysiek echt niet kan vanwege grote bezoekersaantallen, in ieder geval alles achteraf na te lezen. Zolang dat niet gebeurt, zie ik niet in hoe de redactie de haar door de raad en haar zelf opgelegde verantwoordelijkheid voor de website kan nemen.
Het is van tweeën een: of de site wordt alsnog publiek domein, waar alles mag wat niet bij wet of goede smaak is verboden, of de site wordt echt van de krant, maar dan ook onder strikte journalistieke voorwaarden die ook gelden voor de papieren krant.‘
(Bron: ‘Rechten en plichten op de site.’ , column van Thom Meens, Ombudsman van de Volkskrant, 25-10-2008. [Het artikel lijkt mij niet compleet. RvW]
Dat lijken verstandige overwegingen van de vorige VK ombudsman, maar die ‘journalistieke voorwaarden van de papieren krant’ betekenden wel een feodale vrijbrief voor de redactie om onwelgevallige commentaren te ‘verbergen’ (zoals de huidige ombudsvrouw dat noemt).
Kranenberg wil graag dat de krant goede sier maakt met artikelen met nuance en diepgang waardoor inhoudelijke debatten worden gestimuleerd, maar zij constateert door ‘een onbegrensde wisselwerking tussen boze mensen en algoritmen’ (van websites) kettingreacties ontstaan waardoor heftige reacties de boventoon gaan voeren door de vele reacties die zij op hun beurt oproepen en door de prominente plaats die zij vervolgens automatisch krijgen en houden in de reactie- en discussieruimten. Annieke Kranenberg schrijft:
‘Op Facebook, waar redacteuren zelf modereren, zouden gebruikers zo’n strikte toets mogelijk uitleggen als censuur. Het hele idee van Facebook is dat gebruikers de inhoud genereren. In het ideale geval leidt dit tot constructieve discussies en sprankelende ideeën. De werkelijkheid is meestal anders, weet Jan van Dijk, hoogleraar nieuwe media aan de Universiteit Twente. ‘Online voelt niemand zich verantwoordelijk voor het geheel. Er is nauwelijks discussie, vooral individuele expressie.’
Prof. Van Dijk voorspelt dat steeds meer gebruikers het getier en gescheld in reactie- en discussieruimten op Facebook en elders beu worden zullen worden en zullen kiezen voor . Serieuze media kunnen volgens hem een stap vooruit zetten door strenger te modereren op Facebook. Volgens ombudsvrouw Kranenberg vergt dat extra redactionele inspanningen en technische ondersteuning en medewerking van Facebook.
Om de negatieve spiraal te doorbreken zal de redactie zal zich volgens de VK ombudsvrouw moeten kiezen tussen het faciliteren van ongebreidelde zelfexpressie of het stimuleren van inhoudelijke discussies op basis van oorspronkelijke argumenten. Dat laatste noemt Annieke Kranenberg haar utopie.
Haar ideeën om die ‘utopie’ te verwezenlijken, rieken echter naar de manipulatie die destijds het plezier van het VKweblog grondig bedierf en die uiteindelijk zelfs heeft geleid tot het opheffen, verkwanselen en (in strijd met de auteursrechten van de bloggers) verdonkeremanen van het populaire Volkskrantblog. Kennelijk was dat te kritisch en te heftig voor een redactie met een eigen agenda en met gevoelige lange tenen.
Het voorstel om bezoekers van de site beter wegwijs te maken, kan natuurlijk geen kwaad. Maar wat zal het resultaat zijn van haar opvattingen over strenger modereren, belonen van goed beargumenteerde reacties en het door lezers en redactie laten kiezen van de beste reacties? Ik denk met afschuw terug aan de willekeur van de toenmalige ‘modetator’ van de Volkskrant, Geert-Jan Bogaerts.
De Gebruiksvoorwaarden van het Volkskrantblog en van de Volkskrant websites stipuleerden op 21 oktober 2008 in Lid g.:
‘De Volkskrant behoudt zich te allen tijde het recht voor enige op het Volkskrantblog geplaatste content om welke reden dan ook, en al dan niet met opgave van de reden, tijdelijk of permanent aan te passen, te verwijderen of te blokkeren.’
Kijk, zoiets is natuurlijk ongehoord in een democratische rechtsstaat. Toch was er geen journalist of columnist die ernaar kraaide..
‘Critici de mond snoeren en de oppositie verbannen, dat is wat dictators en journalisten willen,’ schreef ik in die tijd, op 14 maart 2010 in mijn VKweblog ‘Donqui’:
‘Het vermeende recht van vrije meningsuiting op het openbare (want voor iedereen toegankelijke) discussieforum van de Volkskrant blijkt in de praktijk ingrijpend te kunnen worden beperkt door anonieme moderatoren en hun dito medewerkers. Journalistieke redacties kunnen (en mogen zelfs) willekeurig ingrijpen in de toch al beperkte mogelijkheden die burgers hebben om journalisten de tegenspraak en de kritiek te bieden die hoort bij de ‘checks and balances’ die onze democratie transparant, evenwichtig, eerlijk en rechtvaardig en dus gezond moet houden. De gewoonte om reageerders en discussieerders op websites van media steevast aan te duiden met generaliserende en ronduit denigrerende termen als ‘reaguurders’ en ‘trollen’ duidt er op dat zij door journalistiek bij voorkeur niet als vrije en volwaardige burgers worden beschouwd.’
(Onderaan dit stuk staan nog een paar van mijn VKweblogs die de blogverbranding gedeeltelijk hebben overleefd.)
Zolang redacties denken dat zij – louter uit hoofde van hun beroep en functie – beschikken over superieure kennis, opvattingen en meningen en dat zij daarom de publieke meningsvorming en zelfs de politieke besluitvorming mogen sturen in een door hen wenselijk geachte richting, is er van democratie geen sprake.
Alleen een goed functionerend stelsel van ‘checks and balances’ kan immers een democratie transparant, eerlijk, evenwichtig en rechtvaardig maken én houden.Dit betekent dat media en journalistiek even goed kritisch moeten kunnen worden gevolgd, gecontroleerd en tegengesproken als iedere andere politieke macht. Daarvan komt natuurlijk niets terecht als redacties met behulp van anonieme moderatoren naar eigen goeddunken en op feodale wijze de publieke en politieke meningsvorming mogen blijven beheersen en manipuleren.
Om te beginnen kan er al veel worden bereikt met goede spelregels en afspraken waaraan álle stakeholders van de democratie (dus ook de redacties en moderatoren!) zich moeten houden. Alleen op die manier kan een wederzijds vertrouwen worden opgebouwd zonder welke discussies eigenlijk helemaal geen zin hebben.
En verder moet natuurlijk een einde komen aan al die anonimiteit die op grote schaal wordt misbruikt, niet alleen om anderen naar hartenlust te kunnen beledigen zonder zelf te kunnen geraakt maar ook om verborgen agenda’s uit te voeren en zonder persoonlijk risico belangen te behartigen of te beschadigen.
Robert van Waning,
Amstelveen, 19 november 2017.
Zie ook:
‘Mensenrechten, ook voor Volkskrantlezers?’
(N.a.v. Commentaar de Volkskrant, 10 dec 2008 (‘Mensenrechten, ook voor Zimbabwanen?’)).
‘De Volkskrant mag lezersreacties verwijderen.’
(Commentaar de Volkskrant, 26 aug 2008)
RvdJ: De Volkskrant mag ook rechtmatige reacties verwijderen. Deel 1: De Klacht.
RvdJ: De Volkskrant mag ook rechtmatige reacties verwijderen. Deel 2: Pleidooi.
‘Rechten en plichten op de site.’
(Column van Thom Meens, Ombudsman van de Volkskrant.)
Verbannen door de Volkskrant vanwege meningsuiting.
Het VK Weblog werd verdonkeremaand: Te kritisch?
Persvrijheid wordt misbruikt om meningsuitingen van burgers te onderdrukken.
Bijlagen:
Ondertussen wordt de vrijheid van meningsuiting schaamteloos bezongen in de Volkskrant:
Van: Robert van Waning
Verzonden: dinsdag 10 januari 2017 16:16
Aan: Janny Groen
CC: VK Ombudsvrouw, Philippe Remarque
Onderwerp: “In dit land moet ik mijn mening toch vrij kunnen uiten.” Niet, dus.
Geachte mevrouw Groen,
“In dit land moet ik mijn mening toch vrij kunnen uiten,” zegt Celal Altuntas in uw artikel ‘Schrijver Altuntas krijgt scheldkanonnades én steun’ (VK 9/1 jl)
Niet, dus.
Vrijheid van meningsuiting is een fictie die in stand wordt gehouden door degenen die die ‘onvervreemdbare vrijheid’ als enigen willekeurig kunnen beknotten, namelijk journalisten en redacties van media.
U kunt niet aannemelijk maken dat er vrijheid van meningsuiting bestaat (omdat dat niet waar is) en ik kan niet aantonen dat de Volkskrant en andere media die vrijheid onderdrukken (omdat die meningsuiting niet wordt geplaatst).
“De Volkskrant is nieuwsgierig, schrijft over alle politici en wil een podium zijn voor botsende opvattingen. Omdat wij denken dat u daar het meest aan heeft om uw eigen mening te vormen,” schreef VK’s hoofdredacteur Philippe Remarque in zijn wekelijks rubriek ‘De Hoofdredacteur’ van 7/1 jl.
Ook dat is niet waar, maar wie kan de hoofdredacteur tegenspreken als dat niet wordt geplaatst door de opinieredacteur?
Ik heb meermalen ervaren dat mijn kritische (maar ter zake doende en in alle opzichten fatsoenlijke) meningen niet werden afgedrukt omdat zij een dienstdoende redacteur of moderator niet welgevallig waren. Ik ben zelfs gedurende anderhalf jaar(!) verbannen geweest door de opinieredactie van de Volkskrant, niet omdat ik enige regel van wet, fatsoen of gebruiksvoorwaarden had geschonden, maar omdat mijn opvattingen botsten met die van een columnist van de Volkskrant.
Iedere journalist en columnist is ervan op de hoogte dat dit soort dingen gebeuren, maar niemand wil of durft erover te schrijven. Toch zou er bij rechtgeaarde journalisten iets moeten gaan knagen omdat het belangrijkste grondrecht van burgers structureel wordt geschonden en omdat het publieke debat door anonieme redacteuren en moderatoren wordt gemanipuleerd.
“De neiging om andersdenkenden te verbannen begrijp ik niet,” schreef Philippe Remarque op 4/4/2015 in zijn onweersproken rubriek. Een gotspe van klasse.
U en andere journalisten kunnen dit wel blijven negeren en doen alsof er niets aan de hand is, maar ooit komt de waarheid boven tafel, met naam en toenaam.
Met vriendelijke groet,
Robert van Waning,
Amstelveen
[19-01-2017: Geen reactie.]
Enkele blogs op het (door de Volkskrant verdonkeremaande) VKweblog:
Critici de mond snoeren en de oppositie verbannen, dat is wat dictators en journalisten willen.
zondag 14 maart 2010 14:05 door Robert van Waning
Het vermeende recht van vrije meningsuiting op het openbare (want voor iedereen toegankelijke) discussieforum van de Volkskrant blijkt in de praktijk ingrijpend te kunnen worden beperkt door anonieme moderatoren en hun dito medewerkers.
Journalistieke redacties kunnen (en mogen zelfs) willekeurig ingrijpen in de toch al beperkte mogelijkheden die burgers hebben om journalisten de tegenspraak en de kritiek te bieden die hoort bij de ‘checks and balances’ die onze democratie transparant, evenwichtig, eerlijk en rechtvaardig en dus gezond moet houden.
De gewoonte om reageerders en discussieerders op websites van media steevast aan te duiden met generaliserende en ronduit denigrerende termen als ‘reaguurders’ en ‘trollen’ duidt er op dat zij door journalistiek bij voorkeur niet als vrije en volwaardige burgers worden beschouwd.
[Etc.]
‘Publiek debat’: Wie, wat, waar, wanneer en hoe?
woensdag 18 februari 2009 18:24 door Robert van Waning
“Zijn handelsmerk is een combinatie van provoceren en confronteren. En hij weet: wie kaatst kan de bal verwachten,” schreef John Wanders in zijn hagiografische profielschets van voetbalanalist Hugo Borst. De afspraak “Als ik aardig over jou schrijf, schrijf jij dan aardig over mij?” komt in dit journalistieke genre stilzwijgend tot stand.
Bij het lezen van die zin werd ik overvallen door afgunst: Wat moet het heerlijk zijn om de bal teruggekaatst te krijgen in plaats van onmiddellijk het veld te worden uitgestuurd alleen maar omdat je die bal kaatste.
Het lijkt wel alsof alleen journalisten op alles en iedereen kritiek mogen uiten en daarbij ook best confronterend en provocerend te werk mogen gaan als zij daar zin in hebben of daar zelfs hun handelsmerk van hebben gemaakt. Wie echter kritiek heeft op de media of de journalistiek, krijgt in ieder geval nooit het laatste woord. Sterker nog: Die kritiek is waarschijnlijk het laatste woord dat hij op die plek en op die manier heeft kunnen uiten, met een goede kans dat zijn bijdrage nog wordt verwijderd ook.
[Etc.]
Het weblog biedt tegenspraak aan de journalistiek. En dat is nodig ook.
woensdag 4 januari 2006 17:24 door Robert van Waning
Wat de journalistiek nodig heeft, is meer weerwerk en tegenspraak. Met de komst van internet en het blogwezen, is dat technisch gemakkelijk te realiseren, maar de geesten zijn nog onwillig. Journalisten houden namelijk niet van tegenspraak. Bij het minste woord van kritiek (van wie dan ook) raken zij helemaal van slag. Dit kan soms zó erg zijn dat zij spontaan hun functie van waakhond van onze democratische rechtsstaat vergeten en gaan proberen om die kritiek te onderdrukken!
Dit is voor journalisten heel gemakkelijk, want zij bedienen immers zelf de knoppen van de drukpersen, de microfoons en camera’s. Kritische brieven en opmerkingen worden gewoon niet afgedrukt respectievelijk niet uitgezonden en kritische weblogs worden gewoon verwijderd. Ho! Dat laatste blijkt niet te mogen van de Gebruiksvoorwaarden en ook niet van onze Grondwet. Vervelend voor de journalistiek, maar goed voor de democratie.
Democratie bestaat immers bij de gratie van de mogelijkheid van kritiek en tegenspraak.
[Etc.]
De willekeur regeert op het weblog van de Volkskrant.
dinsdag 20 december 2005 16:45 door Robert van Waning
Na de plotselinge blokkade van mijn bijdragen aan de weblog van Bert Wagendorp (zie het verslag elders op mijn weblog) had ik een bericht geplaatst op de weblog van moderator G-J Bogaerts over de mogelijkheid om berichten van bepaalde ip-nummers te blokkeren.
Ik bedankte daarin G-J namens Bert Wagendorp voor deze fantastische nieuwe mogelijkheid waar Bert meteen ook dankbaar gebruik had gemaakt. Ik citeerde tevens de tekst van de mededeling die ik op mijn scherm kreeg (“waarschijnlijk misbruik”) en de acht redenen waarom de journalistiek te weinig wordt gecontroleerd en bekritiseerd in vergelijking tot de checks and balances waaraan de overige actoren in het democratisch krachtenveld onderworpen zijn en die onze maatschappij rechtvaardig, transparant en evenwichtig houden.
Met uitzondering van de journalistiek dus.
Bogaerts heeft mijn bericht verwijderd van zijn weblog,
zonder waarschuwing,
zonder opgave van regels waaraan men zich dient te houden, teneinde verbanning alsnog te voorkomen,
zonder mededeling per e-mail
zonder kennisgeving aan de andere webloggers, op het weblog zelf of rechtstreeks per e-mail,
zonder opgave van reden,
zonder mogelijkheid van verweer,
en tenslotte:
zonder termijn; de verbanning is dus in principe levenslang..
De willekeur regeert. [2017: Twaalf jaar later nog steeds.]
=.=.=.=.=.=.=.=.=.=.=.
Lees ook:
Verbannen door de Volkskrant, vanwege meningsuiting
De Volkskrant geeft geen betrouwbare weergave van lezersreacties.
De Volkskrant ‘verbergt’ kritische reacties (en verliest zo ons vertrouwen).
Het VK Weblog werd verdonkeremaand: Te kritisch?
Vrije meningsuiting is essentieel voor publiek debat.
‘Mensenrechten, ook voor Volkskrantlezers?’
(N.a.v. Commentaar de Volkskrant, 10 dec 2008 (‘Mensenrechten, ook voor Zimbabwanen?’)).
‘De Volkskrant mag lezersreacties verwijderen.’
(Commentaar de Volkskrant, 26 aug 2008)
RvdJ: De Volkskrant mag ook rechtmatige reacties verwijderen. Deel 1: De Klacht.
RvdJ: De Volkskrant mag ook rechtmatige reacties verwijderen. Deel 2: Pleidooi.
‘Rechten en plichten op de site.’
(Column van Thom Meens, Ombudsman van de Volkskrant.)
Willekeur regeert in reactie- en discussieplatforms.
Is reactie op website gelijk aan ingezonden brief?
Pleidooi voor vrije meningsuiting van reageerders.
Klacht bij de Raad voor de Journalistiek ivm censuur VK.
Reactie- en discussieforum is publiek domein, zegt VK Ombudsman.
Redactionele vrijheid gaat boven vrijheid van meningsuiting, vindt RvdJ.
Smaad, laster en beledigingen verstoren publieke discussies.
Zijn er regels voor publiek debat op particulier weblog?
Vrije meningsuiting in de Volkskrant: een kwestie van volhouden.
Spamblogs saboteren het VK weblog. Wie zit daar achter?
VK Opinie beïnvloedt op oneerlijke wijze de verhoudingen in het publieke debat.
Een gedachte over “De Volkskrant ‘verbergt’ kritische reacties (en verliest zo ons vertrouwen).”