Fossiele bouwstoffen zijn te nuttig te kostbaar om als 'fossiele brandstoffen' op stoken.

‘Fossiele bouwstoffen’ zijn veel te nuttig, te schaars en te kostbaar om nog verder als ‘fossiele brandstoffen’ op te stoken.

Vanaf nu zou er eigenlijk alleen nog over ‘fossiele bouwstoffen’ gesproken en geschreven moeten worden.

Mensen gaan dan hopelijk beter beseffen hoe zonde én schadelijk het is om die prachtige, kostbare, miljoenen jaren oude, eindige en moeilijk vervangbare fossiele stoffen in luttele jaren op te stoken ten behoeve van de meest onzinnige doeleinden, terwijl wij en onze nakomelingen er zo veel nuttiger dingen mee kunnen doen.

Bruggen bouwen, bijvoorbeeld, of daken van maken. En spaarbekkens, waterleidingen, zonnecollectoren, windmolens, rioleringen, schepen, visnetten, fietsen, kleren, geneesmiddelen, et cetera.

Allemaal dingen die zo veel nuttiger zijn dan al die onzinnige mobiliteit waaraan de meeste olie nu aan wordt verspild en die ook nog eens de lucht vervuilt en overal herrie maakt.

‘Fossiele brandstoffen’ heten vanaf nu FOSSIELE BOUWSTOFFEN!

De koppenschrijver plaatst zijn eigen opinie boven die van anderen.

‘Bij Moszkowicz krijg je een onaangenaam gevoel’ “, luidde de kop boven het interview dat journaliste Ineke van den Bergen had met Grimbert Rost van Tonningen (VK Cicero 27/4 jl).

In de tekst blijkt dat deze ‘zoon van ontspoorde ouders’ (zij waren NSB-ers) opzettelijk onjuist was geciteerd. Sprekend over de over de soms merkwaardig verhouding tussen criminelen en hun advocaten had hij namelijk gezegd:

“Als je de Moszkowiczen ziet, krijg je toch een onaangenaam gevoel: ja jongens, waar begint het en waar houdt het op?”

De koppenschrijver van de Volkskrant bleek zijn middelen en mogelijkheden weer eens benut te hebben om zijn eigen agenda uit te voeren. Dit keer vond hij het nodig om eigenmachtig de zoon te straffen voor de wandaden van zijn ouders.

Dat was een gemene rotstreek, die gerectificeerd had moeten worden.

Doorgaan met het lezen van “De koppenschrijver plaatst zijn eigen opinie boven die van anderen.”

Tilburg: Iedereen was stomverbaasd. En dat verbaast míj dan weer.

“Hun collectieve onvrede is niet eerder zo sterk naar voren gekomen,” schreef hoofdredacteur Jan Bonjer van het Algemeen Dagblad vandaag (24/5) in zijn Commentaar.Ook burgemeester Ruud Veerman van Tilburg zegt in het AD van vandaag dat ‘van dreigend geweld niets was gebleken’, en dat men niets wist van oorlogstaal op het internet.

Hoe is dat nu toch allemaal mogelijk? Wie organiseert nu een ‘gevoelige’ voetbalwedstrijd zónder op het internet te kijken hoe daarop wordt gereageerd en geanticipeerd?!

Marcel van Dam schreef in zijn column in de Volkskrant van vandaag dat mensen nog nooit zo veel mogelijkheden hebben gehad om hun politieke leiders te laten weten hoe zij over alles en nog wat denken: ‘Opiniepeilingen, onderzoeken naar alles wat er mis ging, debatprogramma’s, ingezonden brieven, werkbezoeken, etc.”

De schat, alleen postduif en volksoproer ontbraken nog in zijn opsomming. Van internet en weblogs heeft hij nog nooit gehoord en waarschijnlijk schrijft hij zijn stukjes nog steeds op een oude Underwood of Triumph. Maar ook bestuurders en hoofdredacteuren weten kennelijk nog steeds niet dat het internet een goede thermo-, baro-, mano- en hygrometer is en een inmiddels onvermijdelijke bron van allerlei andere essentiële informatie. Zo’n Fortuyn-revolte zou zomaar kunnen uitbreken en bestuurders en redacties zouden wéér stomverbaasd reageren..

Doorgaan met het lezen van “Tilburg: Iedereen was stomverbaasd. En dat verbaast míj dan weer.”